In Andalusië bevinden zich diverse Pueblos Blancos. Cadiz is een van de provincies waarvan de Pueblos Blancos in veel reisgidsen en webpagina’s worden aanbevolen. Dit najaar reisde ik af naar het Natuurpark van Grazalema en bezocht de witte dorpjes in dit ruige natuurgebied.

Je kunt er uitstekend wandelen, heerlijk eten en de Moorse cultuur in de witte dorpen ontdekken. Maar ieder dorp heeft wel een bijzondere hotspot of traditie die het extra leuk maakt om te ontdekken. Ik trok er zes dagen voor uit en bezocht twee dorpen per dag. Van de een zul je waarschijnlijk wel eens gehoord hebben en de ander zal nieuw zijn omdat er nog weinig over is geschreven of verschenen. Hierbij mijn top 10 van Pueblos Blancos in het Parque Natural Sierra de Grazalema zoals ik ze ervaren heb.
El Bosque
Mijn uitgangspunt was el Bosque, een schattig wit dorpje, dat tegen de bergwand aangekleefd lijkt. El Bosque ligt eigenlijk aan de rand van het park van de Sierra de Grazalema, aan de oevers van de Majaceite rivier. Tussen en rondom de witte huizen van het dorp vind je dan ook veel groen en je kan er een bezoek brengen aan de mooie El Castillejo botanische tuin. Daarnaast lopen er vanuit El Bosque verschillende schitterende wandelroutes langs de rivier en door het natuurpark. Ik maakte de wandeling langs de rivier naar het dorp Benamahoma. Deze wandeling gaat vals plat omhoog en heeft hier en daar wat houten traptreden. Het is heerlijk om in het najaar in dit bos langs de rivier te wandelen.
Benamahoma
Benamahoma is een betoverend bergdorpje, aan de zuidwestelijke hellingen van de vallei, 14 km ten westen van Grazalema. Wandelaars in de Sierra gaan bijna altijd door dit dorpje. Het is heel buitenlander vriendelijk en iedereen die je tegenkomt zegt vriendelijk Buenos Dias als ze in de straat gaan. Ik bracht een bezoek aan het ecomuseum Agua Olina van Benamahoma, verbaasde me over de Moorse poorten en de gouden koepel op de toren in het kleine dorpje en at heerlijke streekgerechten en kazen tegenover de toren in restaurant La Casa del Duende.
Grazalema

Een van de meest bezochte dorpjes in de Sierra. Het is hoog gelegen op 812 meter en vanuit het dorp heb je een schitterend uitzicht over de rode daken en het weids panorama van berggebied. Het is leuk om door de kronkelende steegjes te wandelen en het leven in slow motion te observeren. Grazalema staat bekend om zijn geweldige kazen, queso payoyo worden deze genoemd. Je bent niet in Grazalema geweest als je niet van deze kazen hebt geproefd. Of nog beter, bezoek de gezellige kaaswinkeltjes en neem wat lekkers mee naar huis.

Grazalema staat ook bekend om wollen producten van de wol van de zeldzame merinosschapen die in de bergen leven. Vanuit het dorp vertrekken veel wandelingen door het natuurgebied waarbij je de prachtige naaldbossen met zeldzame sparren, pinsapos, in de glooiende heuvels van het park leert kennen.
Villa Martin
Op mijn roadtrip door de Sierra kwam ik langs Villa Martin. Een niet veelzeggend dorpje, maar er was me verteld dat er een prachtig yoga retreat centre buiten het dorp zou liggen. Via een landweg bereikte ik het Suryalila centrum en werd hartelijk ontvangen met zelfgemaakte chocolademelk. In een enorme koepel, vergelijkbaar met een yurt woonde in een prachtige yogasessie bij. Stiekem hield ik wel mijn ogen open, want het uitzicht over de vallei was zo mooi! Je kunt de hele dag op het landgoed vertoeven en bijvoorbeeld genieten van een vegetarische maaltijd. Persoonlijk vond ik het allemaal té Engels georiënteerd en eerlijk gezegd ben ik daar en beetje allergisch voor, we wonen in Spanje. Maar het yogamomentje in de schitterende koepel heeft me wel goed gedaan.
Prado del Rey

Ook dit is een dorp waar weinig te beleven valt, maar iets buiten het centrum ontmoette ik Jose Antonio eigenaar van de zoutpannen Salinas de Iptuci. Een waar wonder, want op deze plek midden in de bergen komt zomaar uit een bron zout water omhoog. En daar maakten de Feniciërs en Romeinen al gebruik van. Jose Antonio neemt me mee naar de bron waar heel langzaam zout water naar boven bubbelt. Vanaf die plek loopt het water over naar verschillende banken. Zijn opa en grootvader leerde Jose Antonio hoe het zoutdrogingsproces in zijn werk gaat en dat je er drie verschillende vormen van zout uit kunt winnen. Allereerst zoutschilfers, escamas, die het goed doen op salades en vleesgerechten, vervolgens Flor de Sal, dat ´s morgens bij het ochtendgloren gewonnen wordt en als laatste het grove zout dat bruikbaar is voor verschillende doeleinden in de keuken.
Chefkoks als Angel Leon en andere bekenden komen speciaal naar las Salinas de Iptuci om hoogwaardig en met de hand gewonnen zout voor hun gerechten te kopen.
Ubrique

Wie Ubrique zegt heeft het over leer. Weer zo´n klein wonder, want in dit verscholen dorpje in de Sierra de Grazalema worden luxe handtassen en andere accessoires van leer gemaakt. Alles in Ubrique draait namelijk om dit natuurlijke materiaal. Iedereen die er woont, leeft voor en van het materiaal door het te bewerken tot luxe handtassen, portefeuilles en ceinturen dat vaak al jarenlang van generatie op generatie zijn doorgegeven. Er zijn nog leerbewerkers die hetzelfde ambacht al van kinds af aan uitoefenen. Die ambachtslieden werken bij een van de ruim 100 leerfabrieken die Ubrique telt.
Er wordt behoorlijk geheimzinnig gedaan over de fabriekjes én in het leermuseum want het publieke geheim is dat grote modemerken uit Madrid, Parijs en Milaan hier hun lederwaren laten maken. Namen als Chanel, Givenchy, Lanvin, Lacroix, Louis Vuitton, Cartier, Loewe Carolina Herrera en Gucci komen hier met hun ontwerpen langs om luxe artikelen te laten fabriceren.
Je mag in de fabrieken en in het museum dan ook geen foto´s maken want wat hier gebeurd is strikt geheim en werknemer moeten zelfs een geheimhoudingsverklaring tekenen! Het is niet de eerste keer dat ik Ubrique bezoek, natuurlijk kan ik het niet laten en ik verlaat het dorpje met een schitterende nieuwe leren tas.
Benaocaz
Vanaf het kleine bergdorpje Benoacaz loopt er een oude Romeinse weg de Calzada Romana naar Ubrique. Ik liep deze route in de herfst en dan is het extra mooi i.v.m. de herfstkleuren. De tocht gaat grotendeels over een eeuwenoud breed wegdek van oude keien dat de Romeinen hebben aangelegd. Je loopt door een typisch kalksteen- en karstlandschap, met steeneikbossen en mediterrane vegetatie.
Je verlaat Benaocaz via de Avenida de Cadiz, en langs de hoofdweg vind je de start van de route bij een informatiebord ; Sendero Calzado Romana. Vervolgens is de route goed gemarkeerd. Het eerste deel voert over een smal pad, tot je op een gegeven moment op de echte brede Romeinse weg terecht komt. De weg blijft breed en na ca. een uur kom je bebouwing tegen en wandel je Ubrique binnen.
El Gastor

El Gastor ligt op 131 kilometer van Cádiz, de hoofdstad van de provincie aan de kust. El Gastor staat bekend als het balkon van de witte dorpen, dit komt vooral door de prachtige uitzichten vanaf de toppen van Las Grajas en Algarí. Een must see zijn de Dolmenen van El Gastor, maar ook het dorpje is leuk om doorheen te wandelen en om een terrasje te pakken en het museum Jose Maria El Tempranillo te bekijken.

Een mooie wandelroute loopt van El Gastor-Dolmen del Charcón-Mirador Buitreras-Pico Las Grajas naar Pico Algarin. Vanuit het dorp Gastor kun je genieten van enorme verlaten boerderijen en een prachtig uitzicht op de enorme hoeveelheid gieren. Ik kan je deze wandeling echt aanbevelen.
Zahara de la Sierra
Dit is echt een van mijn favoriete dorpen in dit gebied. Ik denk dat dat komt door het geweldige uitzicht over het blauwe stuwmeer van Zahara. Je hebt vanaf het dorp een prachtig uitzicht over de omgeving en het kasteel. In het najaar, het laatste weekend van oktober vindt er het feest van de overheersing plaats. Moros y Cristianos symboliseert dat in 1483 de Moren verdreven werden en Zahara toebehoorde aan het Spaanse koninkrijk.
Iets buiten Zahara ligt een olijfolieperserij Oleo Viride waar ecologische olijfolie geperst wordt. De eigenaar maakt ook een eigen rode en witte wijn en een pittige vermout. Je kunt er terecht voor een olijfolieproeverij en kijken hoe het persen in zijn werk gaat. Bij de proeverij horen ook hapjes of als je wilt kun je een boerenlunch in de tuin bestellen met lokale kazen en een speciale soep met de naam Sopa Hervida. Ik zou wel even van tevoren reserveren.
Olvera
Olvera is ook nog zo´n parel! Je ziet dit witte dorp al van veraf liggen omdat de kerk en het kasteel hoog op de berg boven het dorp uitsteken. De burcht bevindt zich op het punt van Olvera waar je een prachtig uitzicht hebt over het Andalusische landschap.
Vanaf deze burcht kun je de historische frontlinie van kastelen zien welke ooit de Moslim machten scheidde van de Spaanse christenen. Toegang tot het kasteel vind je via de Calle Calzada. Dit was de enigste ingang en daarmee werd het dus moeilijker om de burcht te veroveren. Er zijn twee punten waarmee deze burcht zich onderscheid ten opzichte van alle andere in de provincie. Allereerst de vierkante toren met schietgaten en de ronde toren met een betegeld dak.

Hoewel het een ruïne was, bevind het zich nu in een redelijk goede gerestaureerde staat. Ook is er een museum bij gelegen. Een bezoek zeker waard, al was het al wegens het machtig mooie uitzicht. De gemeente Olvera is de huidige eigenaar van de burcht. Men heeft het enkele jaren geleden overgenomen van de familie die het in bezit had.
Vanaf Olvera kun je ook een schitterende fietstocht maken over de Via Verde de la Sierra, een van de meest geliefde Vias Verdes van Spanje.
Setenil de las Bodegas
Dit is misschien wel een van de bekendste witte dorpen van de provincie Cadiz. Het ligt niet ver van Ronda en dankt zijn bekendheid aan publicaties in magazines zoals Traveler en National Geografic.
Setenil de las Bodegas heeft een rijke geschiedenis en deze laat zich overal in het dorp zien. Het lijkt wel één groot openluchttheater wanneer je hier rondwandelt. Het oude Kasteelen het fort van Setenil domineren de stad vanaf een heuvel. Hier vindt je ook de prachtige kerk Nuestra Señora de la Encarnación. Daarnaast liggen er een aantal spectaculaire hermitages voor het oprapen, die allemaal even fotogeniek zijn.

Het spectaculaire netwerk van grotten en kliffen, is nog wel het meest bijzondere aan het stadje. De Cueva del Sol en de Cueva de la Sombra zijn de twee belangrijkste straten. Beide zijn gebouwd onder de rotsen en worden van elkaar gescheiden door de rivier Guadalporcún. In de eerste straat schijnt altijd de zon, terwijl in de tweede straat altijd schaduw te vinden is. In beide straten liggen veel gezellige restaurants en cafés met terrassen onder de rotsblokken.
Toen ik in Setenil was, werd juist ook het Moros y Cristianos feest gevierd. Het hele dorp was bij het evenement betrokken en iedereen speelde vol passie zijn rol in het verhaal.
Praktische informatie
De witte dorpen zijn vanuit Malaga of Cadiz gemakkelijk te bereiken. Hou er met de afstanden rekening mee dat het gebied erg bergzaam is met slingerende wegen waar je de tijd voor moet nemen. Je kunt gemakkelijk twee of drie dorpjes per dag bezoeken en overal kun je uitstekend lokaal eten en zijn er overnachtingsmogelijkheden.
Er zijn in dit gebied natuurlijk nog veel meer witte dorpen te ontdekken maar ik heb mijn favoriete top tien voor je op een rij gezet, dorpen die je gemakkelijk met elkaar kunt combineren en allemaal iets bijzonders bieden.
Geniet in de witte dorpen van Cadiz! En vergeet echt niet om de lokale producten en drankjes te proeven. Het leuke is dat overal wel een traditie of oud verhaal bij hoort.
( Met speciale dank aan Family Agencia voor de organisatie)